Hubert Stokbroekx in werkkleding bij zijn jubileum
Vader was vuursmid op de Sphinx....

Je zult je afvragen: wat doet een smid op een aardewerkfabriek?
Dat aardewerk werd gebakken in ronde ovens van vuurvaste stenen. Het aardewerk werd eerst in vuurvaste kratten gezet en dan opgestapeld in de ovens. Als de oven vol was werd de deur dichtgesmeerd met leem en dan acht dagen gestookt met kolen. Mijn vader moest de banden om die oven telkens vernieuwen. Er was ook een goudmof, waar de gouden randjes gebakken werden. Daar kwam veel hitte bij te pas en de roosters werden door mijn vader om de twee, drie maanden vernieuwd. Dat gebeurde 's zondags, de enige dag dat die ovens niet werden gebruikt.
...... Na zijn gewone werktijd werkte mijn vader door tot 23.00 uur. Het geld dat hij daarmee verdiende werd opzij gelegd om extra's te kunnen kopen. Daarom heb ik nooit armoede gekend. Als het tegen Pasen aanliep gingen we naar de stad en kregen we kleren. Dat ging zo: de oudste kreeg nieuwe kleren. Diegene na de oudste kreeg dan de afgedankte kleren en zo ging dat door.
...... Wij hadden een bevoorrechte positie, omdat wij een eigen huis hadden. Er waren gezinnen met zes kinderen die op twee kamertjes woonden.

Uit een kranteninterview met Sjeng Stokbroekx over 'Kind zijn in 1925'.